Genesis 50:20-21 ‘Ik geloof dat God jullie slechte bedoelingen heeft om gebogen tot iets goeds, want Hij heeft mij deze hoge positie gegeven, zodat ik de levens van vele mensen kon redden. 21 Nee, wees maar niet bang. Ik zal voor jullie en jullie gezinnen zorgen.’ Zo stelde [Jozef] zijn broers gerust en gaf hun weer moed.

God is een meester soepkoker. De Bijbel zegt in Romeinen 8 dat Hij alle dingen doet meewerken ten goede voor Zijn kinderen. Ook de slechte dingen. God is er een meester in om van een soepzooitje een gerecht te maken waar later velen van zullen smullen.

Jozefs leven leek een soepzooitje. Stel jij jezelf eens voor of jouw leven dat van Jozef al benaderd heeft? Hij werd door zijn eigen broers verkocht. Hij verdween jarenlang onterecht achter de tralies. Hij was verdwenen en vergeten in een onbekend land. Zo’n soep hebben de meesten van ons nog nooit meegemaakt.

Totdat plotseling… God alles in één keer omdraaide voor Jozef. God gebruikte de soep om iets moois te koken. Niet alleen voor Jozef, maar voor de redding van een heel volk. En Jozef besefte dat.

In welke situatie jij je ook bevindt nu. Hoe de soep ook aan je is opgediend. Bedenk dat God een meester soepkoker is. Hij zal er iets moois van maken, net als bij Jozef, waardoor niet alleen jij maar ook anderen weer moed zullen krijgen en veilig kunnen wonen in het land dat God geeft.