Maar daar staat tegenover…

Posted on Posted in Leiderschap, Leven

Numeri 13:27-28 ‘Werkelijk, het vloeit over van melk en honing, en deze vruchten groeien er. 28 Maar daar staat tegenover dat de bevolking van dat land sterk is. De steden zijn versterkt en heel groot

Hoe vaak heb je het niet gehoord? “God heeft beloofd dat als ik hem vertrouw Hij voor me zal zorgen, maar…”

Wij mensen zijn heel goed in het kijken naar de “maar daar staat tegenover”. Alsof wat tegenover God staat sterker is dan God. De vraag is waar ons ultieme vertrouwen uiteindelijk ligt. Jouw “maar daar staat tegenover” zal daar veel over zeggen.

“God heeft weliswaar gezegd dat als ik Hem geef wat van Hem is, en de tienden breng naar Zijn huis, dat ik meer dan genoeg zal overhouden, maar daar staat tegenover dat mijn vaste lasten zodanig zijn gestegen…”

“God heeft weliswaar gezegd dat als ik mij laat dopen, ook al is mijn familie het er niet mee eens, dat ik zal doorbreken in mijn geestelijke leven, maar daar staat tegenover dat mijn familie mij dan zal laten vallen…”

Wanneer je de maar daar staat tegenovers van het leven volgt, zul je nooit ervaren dat God trouw is. Je kunt Gods trouw pas ervaren wanneer je gelooft wat Hij zegt, uitstapt, en God ziet doorbreken in je leven. Hoe vaker je dat doet hoe makkelijker het wordt. Er stonden heel veel reuzen tegenover het volk en het beloofde land. Helaas vertrouwde een overgrote meerderheid van het volk meer op wat ze om zich heen zagen (de reuzen) dan op de God die groter is dan elke reus.

Het is makkelijk om te vertrouwen op omstandigheden. Maar pas wanneer we voorbij de omstandigheden kijken naar Hem die het grote plaatje ziet, dan zullen we merken hoe Hij echt is. Kaleb en Jozua hadden die geest.

Hoe krijg je zo’n geest? Door om te gaan met de Kalebs en Jozua’s in deze generatie. Zij die niet naar de omstandigheden en de ‘maar daar staat tegenovers’ kijken, maar die kijken naar de God van het grote plaatje. Dat is besmettelijk.

En wanneer iemand anders dan twijfelt over de omstandigheden, dan antwoord je hem: “dat kan, maar daar staat tegenover dat God…”